Welkom bij de een nieuwe les van Verweer Tegen de Zwarte Kunsten. We gaan het vandaag niet zo druk krijgen. We gaan eerst ons opnieuw aan elkaar voorstellen en daarna gaan we bezig met de eerste spreuk. Maar laten ik me eerst voorstellen. Ik ben professor van der Leest en ik ben jullie nieuwe leraar Verweer Tegen de Zwarte Kunsten. Voor mij is het net zo nieuw als voor jullie, want dit is het eerste jaar dat ik les geef. Ik wil even wat afspraken maken zodat het geen chaos word. Als je huiswerk maakt, stuur je het per pb naar mij toe. Gebruik wel leestekens, anders krijg je minder afdelingspunten. Heb je al alles fout, dan worden er punten afgetrokken. In de topictitel zet je het volgende: “[VK]Les <lesnummer>” Je mag niet in dit topic posten. Doe je dit wel, dan word je post toch weer verwijderd. Maar na al die regels gaan we als eerste een spreuk leren. Ik begrijp dat dit jullie eerste les van jullie hele schoolcarrière is, dus laten we het simpel houden. We gaan het hebben over de spreuk Orchidea. Orchidea is een spreuk die bloemen tovert. Het is verboden om getoverde bloemen aan Dreuzels te geven. Doet u dit wel, dan krijgt u een boete van honderd galjoenen. Ook krijgt u een waarschuwing. De spreuk zelf is uitgevonden door mevrouw Jane Orchidea. Ze moest een keer naar een trouwerij, maar was vergeten bloemen te kopen. Het was te laat om nog naar een winkel te gaan, dus ze pakte haar toverstaf, en probeerde wat spreuken uit om bloemen te toveren. Gedaanteverwisseling hielp niet. Toen probeerde ze de spreuk ormidea uit, maar ze versprak zich, en zei Orchidea, terwijl ze een rondje tekende in de lucht, en aan een gelukkig moment dacht. Toen schoten er opeens bloemen uit haar toverstaf. Volgens bronnen had ze een narcis getoverd, die ze tijdens de bruiloft aan meneer een mevrouw Bloembed gaf. Iedereen was opgetogen, en ze wouden weten hoe mevrouw Orchidea dat had gedaan. Na deze gebeurtenis werden alle bloemenwinkels in de Wegisweg gesloten, en kreeg mevrouw Orchidea de Orde van Merlijn, derde klasse. Ze was hierdoor erg opgetogen, en ze bewaarde de Orde van Merlijn zorgvuldig op in een la onder haar bureau. Daarna kreeg ze de uitnodiging om les te geven aan Zweinstein's Hogeschool voor Hekserij en Hocus-Pocus. Dat nam ze aan, en zo werd ze lerares Betoveringen en Spreuken, dat vandaag de dag beter bekend is als het vak Spreuken en Bezweringen. Ze deed het zelfs zo goed, dat ze vijf jaar later zelfs schoolhoofd werd. Ze bekleedde echter maar vijf jaar die positie, omdat ze daarna helaas overleed, tijdens een les Betoveringen en Spreuken. Ze was een befaamd schoolhoofd. Na haar dood werd er nog veel over haar gesproken. Iedereen vond het heel erg goed van haar dat ze een spreuk had uitgevonden, en ze kreeg als bijnaam: Mevrouw Van De Vele Bloemen.
Mevrouw Orchidea leefde van het jaar 1870 tot het jaar 1910. Ze is dus veertig jaar geworden. Ze heeft orchidea uitgevonden in het jaar 1900, toen ze dertig was.
Het gebruiken van de spreuk is niet zo heel moeilijk. Je moet enkel een rondje tekenen in de lucht, en aan een gelukkig moment denken, net zoals de patronus. Welke bloem eruit komt is nooit bekend. Het licht aan de stemming van de uitspreker. Als de uitspreker woedend of boos is, komt er een slape doorn uit. Als de uitspreker zich vrolijk en opgewonden voelt, komt er een prachtige roos uit. Als je aan een gelukkig moment denkt, en een rondje hebt getekend, zeg je de bezwering Orchidea. Het is van groot belang dat het luid en duidelijk is, want anders komt er een geluid uit je toverstaf, waarvan het lijkt op iemand die gilt. Het is ook handig om de spreuk te gebruiken als je iemand ten huwlijk vraagt, of verkering vraagt. Na die lap tekst gaan we maar eens over na het huiswerk.
Huiswerk:
1. Hoe lang leefte mevrouw Orchidea? (1)
2. Wat is haar voornaam? (1)
3. Wanneer heeft ze de spreuk uitgevonden? (1)
4. Hoe oud was ze toen? (1)
5. Voor welk vak werd ze lerares? (1)
Om deze les te maken moet je minimaal in het eerste jaar zitten. Dit was de les. Tot de volgende les!